Tafel van de Interspecifieke Druivenrassen zaterdag 11 november Petrushoeve

Organisator: Stefaan Soenen

Hybride druiven, wat is dat nu weer?

De Europese druivensoort Vitis vinifera, de wijndragende wingerd, levert magnifieke wijnen af die het beste zijn wat er in de wijnwereld bestaat.

Maar ze heeft één groot nadeel: ze is gevoelig aan allerhande ziektes, zoals de echte en de valse meeldauw. Indien onbehandeld, gaat haar kostbare fruit verloren.

Bestrijding

De wijnbouwer ziet zich dan ook gedwongen die ziektes te bestrijden met allerhande middelen zoals zwavel, koper en kalk, maar ook synthetische middelen die vooral vanaf de jaren 1950 de wijnbouw bestormden.

Zeker in noordelijke streken, met een erg wisselvallig klimaat, zijn herhaaldelijke behandelingen een sine qua non: in regenachtige jaren rijdt de wijnbouwer om de tien dagen rond in de wijngaard om de planten te besproeien met één of ander mengsel dat de schimmeldruk moet tegengaan.

Gezondheid

De laatste twintig jaar kwam er echter een tegenbeweging op gang die zich vragen stelde bij deze klassieke manier van werken. De gezondheid van de wijnbouwer zelf en van de consument kwam op het voorplan.

Meer en meer wijnbouwers stappen af van de klassieke recepten en kiezen voor meer natuur- en mensvriendelijke manieren om ziektes tegen te gaan. Oordeelkundig wijngaardbeheer is een eerste stap. Verder worden er modernere, minder schadelijke sproeistoffen ontwikkeld en is ook hun gebruik meer gedoseerd.

Kruisingen

Maar een volgende stap zetten de wijnbouwers die werken met minder ziektegevoelige druiven. Bijna altijd zijn dit kruisingen tussen de Europese druivelaar ‘Vitis vinifera’ en Amerikaanse dan wel Aziatische druivensoorten, die van nature tegen bepaalde ziektes beter bestand zijn.

Nadelen van schimmelresistente rassen

Die schimmelresistente(re) druiven hebben één groot nadeel: hun smaak sluit niet aan bij wat de consument verwacht. Vooral de Amerikaanse soorten hebben last van een ‘foxy’ aroma dat wat naar mottenbollen neigt, of apothekerskastje.

De eerste uitdaging is dus om kruisingen te ontwikkelen die enerzijds de ‘Europese’ smaak houden, maar anderzijds voldoende van de ziekteresistente genen overhouden van de Amerikaanse of Aziatische mengpartner.

Een tweede, misschien nog belangrijkere uitdaging ligt bij de wijnbouwer: het wijngaardbeheer en de vinificatie aanpassen zodat de goede eigenschappen van deze hybride druiven naar boven komen en de mindere beperkt blijven.

Acquired taste

Twintig, of zelfs tien jaar geleden was die laatste strijd nog niet gestreden. Zo proefde ik op blinde proeverijen regelmatig wijnen waar de kunstmatige en wat chemische geur van de Amerikaanse druif onmiskenbaar opdook. Het is bij mij nooit een ‘acquired taste’ geworden.

Savoir faire

De wijnen van wijlen Hugo Bernar waren pioniers in Vlaanderen. Toch herinner ik me dat ik aanvankelijk die producten maar niets vond. Gaandeweg ontdekte Hugo echter dat je door zorgvuldige maceratie (niet te kort maar zeker ook niet te lang!) de edele en fruitige aroma’s aan druiven zoals regent onttrekt, zonder de vernis-achtige geuren mee te brengen.

Een andere wijnbouwer, iemand uit de Vlaamse Ardennen, vertelde me dat de standplaats van druiven als regent erg belangrijk is. Volgens hem staat die druif niet graag met zijn voeten in het water. Zijn wijngaard, gelegen op een helling met goede afwatering, levert dan ook een fruitige en sappige regent op die niet het wrange en stugge karakter deelt dat de wijn van lager gelegen percelen heeft.

Kritisch onderzoek

In elk geval lijkt de tijd anno 2023 rijp om de hybride druiven (of ‘interspecifieke’ zo u wil) nog eens aan een kritisch onderzoek te onderwerpen. Zoals altijd zit de waarheid daarbij in het glas: blind geproefd, zoals het hoort!

Op Wapenstilstand 2023 verzamelden een twaalftal enthousiaste wijnproevers, zowel ‘amateurs’, ‘professionals’ als ‘wijnmakers’, zich bij Gerry Calders (Petrushoeve) in het Hageland om bijna veertig wijnen van hybride druiven te proeven en van kundig commentaar te voorzien. Zoals altijd stond de proeverij onder de kundige leiding van wijnverteller Stefaan Soenen.

In de voormiddag waren de witte wijnen aan de beurt. De namiddag werd voorbehouden voor rosé, orange wines, rode wijnen en mousserend. Het gaat te ver om alle geproefde wijnen te bespreken, daarom beperk ik me tot enkele impressies en algemene conclusies.

De belangrijkste hybride druiven

In wit zijn solaris, johanniter, souvignier gris en muscaris vaak aangeplant. Daarbij komen nog sirius, helios, bianca, bronner en een rist andere die maar mondjesmaat voorkomen.

Voor rode wijnen (en rosé) zijn er cabernet cortis, cabernet jura, rondo, pinotin, regent, muscat bleu, cabaret noir, léon millot en maréchal foch, ook weer aangevuld met vele minder bekende druiven die de dienst uitmaken.

Mijn favorieten van de dag

Côteaux des Avelines 2021 Solaris/Johanniter: een fijne geur met muskaatnoot en citrus. Subtiel met een mooie balans. Pompelmoes in de afdronk. €14,50

Petrushoeve Muscaris 2022: aroma gedomineerd door pompelmoes en muscaat, met licht bloemige toetsen (springbalsemien). Een duidelijk (en gewild) zoetje. Goede balans. €13,5

Vin de Liège Contrepoint 2019 (souvignier gris en solaris): Aanvankelijk gesloten. Later appelsienlikeur, krijtig, wat koffie, erg fris en goed in balans, in de afdronk zelfs wat tannine. €23

Mark Longin ‘Avant Première’ 2022 (solaris en bronner): een wereldreis met koffie en appelsienschil maar ook zeste en vlierbloesem, in de afdronk op het vlezige af. Een bijzondere wijn, misschien wel mijn favoriet van de hele proeverij, maar in geen geval een allemansvriendje.

Rosé ‘Trois Rois’ 2022 (cabernet cortis, muscaris, souvignier gris): gistig en fruitig met framboos en kers. Bittertje in de afdronk. Speelse en gevarieerde rosé.

Reyngaardt Regent 2019 ‘Pur Sang’: zeer intense kleur. Pure chocolade en veel rijp fruit in de geur. Mon chéri. Rijpe tannine. €16

Petrushoeve mousserend (à la volée) johanniter: sappige, fruitig, tikje gist maar vooral pompelmoes. Duidelijk krijtig. Zonder dosage, maar deze wijn heeft geen opsmuk nodig. €20

Foxy stuff?

Wijn proeven is continu je eigen oordeel in vraag durven stellen. Dat is met het proeven van hybride-druivenwijnen niet anders.

Enkele keren betrapte ik een wijn op klassieke, foxy aroma’s van naftaleen of dissolvant. Sommige andere wijnen vond ik flauw of minder interessant.

Maar de meeste van de veertig geproefde wijnen verrasten me in positieve zin. Ze toonden een persoonlijkheid, ontplooiden mooi het aroma van de druif, en waren technisch correct gemaakt.

Al moet de échte test nog komen: hoe brengen ze het ervan af vergeleken met de klassieke rassen, en ook: staan ze hun mannetje vergeleken met vergelijkbare (buitenlandse) wijnen in die prijsklasse? Een sluitende conclusie heb ik geenszins, maar ik kan me wel een antwoord op die vraag voorstellen. In een notendop:

  • Bij mousserende wijnen maken Vlamingen uiteraard de vergelijking met Champagne, een naburige streek waar je prima producten vindt onder de 20 euro. Dat lijkt dus ook het prijspunt waarop de eigen mousserende wijnen afgerekend worden. Wijnbouwers die meer dan dat bedrag vragen, moeten sterk in hun schoenen staan met een uniek product en eersteklas kwaliteit.
  • Voor de witte wijnen is het iets eenvoudiger. Bodem en klimaat lenen zich tot de productie van mooie wijnen met een eigen stijl, die bovendien frisse zuurtjes behouden. Ook hier is er een psychologische drempel van ongeveer 20 euro, maar lijken er meer domeinen van onze contreien die goede wijn kunnen maken aan die prijs of zelfs ruim daaronder.
  • Voor rode wijnen liggen de zaken gecompliceerder. Grofweg worden er twee wijnstijlen geproduceerd: de bourgogne-achtige stijl met voornamelijk pinot noir, en de krachtige, fruitige stijl met ongeveer alle andere druiven waaronder ook hybride druiven. Is de consument bereid om voor stijl 1 goed geld op tafel te leggen, dan geldt dat voor stijl 2 veel minder omdat de concurrentie daar groter is en chauvinisme maar zover strekt als het lang is.

Kortom, het Vlaamse wijnwereldje mag dan al een lucratieve wijnmarkt zijn, de Belgische wijnbouwers moeten op hun tellen passen of ze krijgen de wijnen van eigen bodem ook aan de ‘domestic market‘ niet verkocht en dan wenkt het failliet. Gelukkig zijn er voldoende rationeel redenerende wijnbouwers die hun wijn aan een aanvaardbaar prijspunt op de markt brengen.

Peter Doomen

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!